Twentse levenslessen (153)

Mijn moeder herinner ik me bijvoorbeeld omdat ze overal wel naar toe wilde zolang ze de “piepe” van de Purit maar zag. We woonden in een Klazienaveen en ze was er geboren en getogen. Ze kon zich niet voorstellen dat ze ergens anders zou wonen dan in haar vertrouwde Klazienaveen. Dat schoot me te binnen toen ik de spreuk van deze week zag. Later sloeg ik de krant open en uit de mond van Niels van de Berg tekende de journalist van dienst dezelfde gedachten op: “ Ik wil hier niet weg. Ik moet ieder dag de bakens van de stad kunnen zien. Het stadion, Oude Markt, de parken, maar ook gewoon het bordje Enschede 50 als ik de stad binnenrijd.”
Anderen zeggen, het maakt mij niet uit, de bakker bakt overal brood. Wat we gemeen kunnen hebben is dat als er een goede reden is om te verhuizen, dat de eigen tafel een middelpunt kan zijn in een andere plaats of stad. Helmerhoek is mijn wijk geworden en Enschede mijn stad. Ik voel mij geen buitenstaander en de inzet van alle bewoners is nodig om de stad beter en mooier te maken. Samen optrekken voor mensen die van huis en haard verdreven zijn.