Twentse levensles (111)
De schrijver van de spreuk van deze week heeft voor een belangrijk advies voor onze tijd. Door alle machines en apparatuur waarmee we omringd worden, is er voortdurende de dreiging om in je werk onder te gaan. Om het niet meer te zien zitten en het zicht te verliezen, je te voelen als een zwemmende in zo’n enorm groot water dat je geen land meer ziet. De vraag is dan welke kant moet ik op en spanning en zelfs paniek kunnen je deel worden. De schrijver van deze week zegt eigenlijk, je moet van je werk genieten, dat is dat je er in opgaat. Tegelijkertijd moet je er voortdurend alert op zijn dat je ervan blijft kunnen genieten.
