Ooit vertelde ik al eens dat ik het grootste deel van mijn
leven heb doorgebracht in de Broekheurne, het gedeelte
aan de Geessinkweg, sinds jaren gewoon Enschede,
maar voor de bewoners daar nog steeds de “Buurtschap
Broekheurne”.

In die tijd was er familie van deze landbouwer en tevens
veehouder, welke een eindje verderop woonde aan de
Voshaarweg, een straat die vlak achter onze wijk loopt.

Deze bewoners hadden een varkensmesterij en ze kochten,
in mijn jeugd, biggen bij de boeren van rond de 22 kilo en
deze werden op hun bedrijf verder gemest om uiteindelijk
bij de slager in de winkel te komen.

De vader hier op dit bedrijf, toen al een oude man, leeft al
zeker 35 jaar niet meer , was een echte liefhebber van zijn
dieren, maar ook slachter. Zo gaat dat nou eenmaal.

Ook ik heb daar wel eens een voorpoot van een varken
gekocht om er zelf verse worst van te maken, dat is
het lekkerst.

De oude man had naast zijn bedrijf ook nog een schuur
tot zijn beschikking op ‘t Könnink, bezittingen van de
families ter Kuile en van Delden, waar de ligging nu
vrijwel aan de Helmerhoek grenst.

In die schuur werden ook varkens door hun gehouden
en hij vroeg wel eens of ik zin had om mee te gaan de
varkens voeren, bij de “vossenfarm”.
Natuurlijk deed ik dat graag, ik herinner mij daar wat
grotere varkens in hokken.

Tegenwoordig krijgen ze allemaal diverse soorten brokken,
maar in die tijd kregen ze meel dat met water gemengd werd
tot een dikke pap.
Ze slobberden er vrolijk op los.

Bij het ouder worden, fiets ik , ook nu, nog vaak
daar langs en dan vraag ik mijzelf af…. de vossenfarm,
wat betekent die naam eigenlijk?

Heeft het iets te maken met echte vossen? Of heeft de naam
te maken met paarden? Een mooie vos, zo wordt een mooi
paard toch ook genoemd?
Geen idee, het ligt verscholen in het bos, maar verder zei
het mij niks.

En nu ook de laatste jaren, maanden, fiets ik er langs en
denk dan.. : zal ik er eens naar binnen gaan vragen?
Maar een pad naar het huis, wat zo te zien aan een eigen
weg ligt, daar ga je niet zo gauw ongevraagd in.

Enkele weken geleden had ik een afspraak met Hans,
een man die vroeger als jongen bij mij in de klas zat en
waar ik ooit als 12 jarige thuis ben geweest in “de Helmer” ,
aan de Helmerstraat.

Inmiddels woont hij een paar straten verderop, aan de
rand van de wijk.

Tijdens het ophalen van herinneringen, vroeg ik hem
naar de vossenfarm , of hij daar iets van wist en zijn
antwoord was: “Ja hoor, als kind kon ik vanuit mijn
slaapkamer op de Helmer, de vossen in de rennen zien”.

Het klopte dus dat de vossenfarm iets te maken had met
vossen en mijn nieuwsgierigheid werd groter.
Ik fietste verder, maar een paar dagen later fietste ik weer
langs de vossenfarm.

Ik besloot de gok te wagen en kwam bij het huisje, dat
naast de schuur staat.
Op de bel gedrukt en ja hoor, de deur ging open….

Een aardige mevrouw op leeftijd vroeg wie ik was
en toen het woord vossenfarm viel, vroeg ze gelijk
of ik van de Historische kring was of iets dergelijks.

Nee hoor, antwoordde ik, mijn naam is Wim, ik ben
een gewone bewoner van de Helmerhoek, maar ik
kwam hier vroeger als kind met de Dhr B…., die hier
varkens hield.

Ze was verrast die naam te horen en gelijk zei ze dat
ik wel een afspraak mocht maken om wat vragen te stellen.
Dus dat was afgelopen woensdag 8 mei.

Gezellig met thee met kaneelcake, hebben we in haar prachtige knusse huisje herinneringen opgehaald.
Niet alleen over het bedrijf van haar vader, maar ook
over andere dingen.

Haar vader was de man achter de vossenfarm, het gebied dat
“t Könnink” heet en de meesten van ons zegt die naam wel
wat, immers menigeen wandelt vaak met of zonder hond over
de Könninkweg en de omliggende grond is of was vroeger,
van ‘t Könnink.

In de eind jaren 20 begin jaren 30 van de vorige eeuw, heeft de heer van Delden de eerste paar vossen geïmporteerd uit Canada, de eerste nertsen volgden een paar jaren later en er werd met beiden verder gefokt.

Tegenwoordig is bont een woord dat door weinig mensen
wordt gewaardeerd, maar in de jaren 1920-1960 werd er
toch veel bont gedragen, was het deftig om een mooie jas
van vossen- of nertsenbont te dragen.

In de oorlog werd er een witte nerts geboren, dus een albino,
waar haar vader dus enige jaren verder mee heeft gefokt.
Na de oorlog bleek dat er in diezelfde tijd ook een albino
in Canada was verschenen.

Uiteindelijk was er zo een vossen en nertsen afdeling.

Er werd zelfs een white face vos gefokt met een mooi donker
streepje, wat prachtig stond in een bontjas

In de grote boerderij hier, heeft de 1e knecht van de vossenfarm jaren gewoond, samen met zijn vrouw,

Er moeten nog wel foto’s zijn van die tijd, maar die kunnen
niet meer gevonden worden hier.
(De foto’s bij dit verhaal heb ik dan ook gewoon van
internet geplukt).

Vanaf ca. de begin jaren ‘60, werd eerst de vossen-
en vervolgens de nertsenfokkerij gesloten.

De naam vossenfarm is het enige dat er nog aan herinnert,
voor mij was het een mooi verhaal om nu eindelijk eens
te horen wat de betekenis is van de vossenfarm.

De schuur waar de varkens verbleven is in 1949 gebouwd.

Het mooie gebied en het bos rondom de woning ligt er prachtig bij, wat haar wel plaagt is dat er regelmatig dingen worden vernield door jongeren van ca.16 tot 18 jaar, schat
ze, deze jongens zijn door omstanders herkend als jongeren uit onze wijk, dat is dan wel weer jammer.

Ze kwamen op het erf, trokken de waterslang uit de vijver
en ontkoppelden deze, om ze vervolgens door het raam van
de schuur te steken en als het niet ontdekt was, had de
hele schuur blank gestaan…

Ook is haar prachtige houten tuinset vol met graffiti gespoten.
De politie is wel gebeld, maar zonder verder resultaat.

Verder hoopt ze er nog jaren te wonen in haar knusse huisje
zonder verdere problemen.

Ik bedankte mevrouw voor haar uitleg en ging met een goed
gevoel huiswaarts, blij dat ik eindelijk een antwoord had
van iets dat ik al die jaren nooit geweten had:

Het verhaal van “de Vossenfarm”.

Wim Boers.

PS:
Mevrouw heeft verder niets met Facebook,
ik heb haar toestemming om mijn verhaal hier
te plaatsen, maar ze heeft liever niet dat er
delen uit dit verhaal op social media komen.