Het ontstaan vanuit “Erve De Helmer”

In 1981 werd er een start gemaakt met de bouw van de derde wijk in Enschede-zuid, de Helmerhoek. In 1998 werden uiteindelijk de laatste huizen opgeleverd. De wijk heeft een oppervlakte van 1,52 km². In 2007 woonden er nog 8.500 inwoners. 
In 2018 is het aantal teruggelopen naar 7.705. 
De straten werd vernoemd naar Twentse landgoederen. De wijk werd genoemd naar het oude erve ‘De Helmer’.

Helmerhoek – “De Helmer”

Lag de boerderij vroeger op grote afstand van de stad, thans houdt de wijk op, waar het landgoed “De Helmer” gelegen is.

“De Helmer” wordt in de geschiedenisboeken al in 1305 genoemd. De boerderij was Duits eigendom en bewoner Johan Helmer moest als pacht jaarlijks een aanzienlijk deel van de oogst afstaan aan Vrouwe van Rhede uit Munster. Ook het aantal kippen, kleinvee en vruchten was mede bepalend voor de hoogte van de pacht.

Het eigendom van de boerderij kwam daarna vaak in andere handen. In 1733 werd graaf Wassenaer van Twickel als eigenaar genoemd. De fabrikeursfamilie Hoedemaker kocht in 1795 De Helmer. Een dochter van Hoedemaker trouwde met een Ter Kuile, waardoor de boerderij bij deze fabrikantenfamilie terecht kwam. Nog steeds kende de boerderij dan een pachter met de naam Helmer.

In 1892 vond er dan in hotel De Graaff in Enschede een openbare verkoop plaats van een gebied van ruim 31 hectare groot. Nathan Jacob Menko was toen de koper van de twee belangrijkste percelen. Nadat het erf met de oude boerderij in het bezit kwam van de familie Menko werd naast deze boerderij een theekoepel gebouwd.

In 1930 liet men een tweede boerderij naast de bestaande bouwen. De oudere boerderij en theekoepel zijn een rijksmonument. Het was de familie Spiele die jarenlang daar het boerenbedrijf uitvoerde.

Helmerhoek

De oorlogsjaren waren voor de familie Menko rampzalig. Beide boerderijen werden in de oorlog gevorderd door de Duitse Wehrmacht.
In het deel van het landgoed dat thans openbaar is, werd in het laatste jaar van de oorlog begonnen met de aanleg van een startbaan voor de lancering van de V2’s. Verder dan een fundering, welke nu nog steeds in het bos zichtbaar is, kwam men niet.

Als je tegenwoordig door de Helmerhoekweg komt, dan valt op dat er aan de kant net voorbij de manege een begroeide heuvel langs de weg zichtbaar is. Deze kwam er nadat er op het landgoed een zwemvijver werd uitgediept. De jeugd uit de buurt wist in de zomers de zwemvijver ook te vinden en dat werd niet op prijs gesteld. Het verhaal gaat dat met het laten zien van een jachtgeweer door Menko Junior de ongewenste jeugd daarna lange tijd weg bleef.

Arthur Menko had het beheer over het landgoed al sinds jaren en het werd voor de familie steeds moeilijker om de gebouwen en de landerijen nog goed te onderhouden, mede door de verminderde inkomsten uit de achteruitgaande textielindustrie.

Begin ‘70 wilden de Menko’s van het landgoed af. Kopers waren er niet. Zelfs de stichting Overijssels landschap had gezien de vele werkzaamheden geen interesse.

Het was zijn dochter Elsberth Dirkzwager-Menko die in 1976 de taken overnam. Door haar inzet met restauratiewerkzaamheden werden de boerderij en de fraaie theekoepel in oude staat hersteld.

Bij de foto’s: Een van de twee boerderijen die op het landgoed “De Helmer” voorkomen. De familie Menko bouwde ooit de theekoepel. Een recente foto daarvan zie je in kleur. De andere foto laat de familie Menko zien met daarachter de theekoepel.